Verlaging vennootschapsbelasting ten koste van de bedrijfswagens?

In de onderhandelingsnota van minister van Financiën Johan Van Overtveldt, waarin hij op zoek gaat naar een manier om de verlaging van de vennootschapsbelasting naar 20 procent te financieren, wil hij het fiscaal gunstregime rond bedrijfswagens aanpakken.

Er werden concrete maatregelen uitgewerkt om 350 miljoen euro, die de hervorming van de vennootschapsbelasting moet financieren, te vinden. Om te beginnen werkte hij een nieuwe berekeningswijze uit voor de fiscale aftrekbaarheid van bedrijfswagens. Hij stelt voor om niet langer te kijken naar de categorie, maar naar de wagen zelf. Dit betekent dat de aftrekbaarheid van bedrijfswagens zal dalen. Bovendien doet hij een voorstel om de tankkaarten die bedrijven geven aan hun werknemers, niet langer voor 75 procent fiscaal aftrekbaar te maken. In de toekomst moet dat tarief afhangen van de CO2-uitstoot.

Van Overtveldt wil niet raken aan de eigenaars van de bedrijfswagens. Vraag is of werkgevers die lagere aftrekbaarheid niet gaan doorrekenen aan hun werknemers. Zij hoeven zich echter geen zorgen te maken als het voorstel van de minister wordt goedgekeurd door het parlement. Een kleinere bedrijfswagen geven of het wegnemen van de tankkaart zou een belangrijke eenzijdige aanpassing zijn van één van de essentiële bestanddelen van de arbeidsovereenkomst. En dat kan niet. Het staat immers gelijk aan het verbreken van het contract. Enkel voor wagens die werknemers puur voor professionele doeleinden gebruiken, kan de werkgever wel een aantal aanpassingen doorvoeren. Maar de toename van de werkgeverskost doorrekenen aan de werknemer kan hier ook niet.

Wenst u meer informatie over dit onderwerp of over de vennootschapsbelasting in het algemeen, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen.