
Als zelfstandige heb je heel wat kosten om uw zaak te doen draaien. Die uitgaven worden ook wel beroepskosten genoemd en worden afgetrokken van uw omzet. Op het verschil betaalt u belastingen. Als zelfstandige kunt u ervoor opteren om uw werkelijke kosten te bewijzen op basis van bewijsstukken of beroep te doen op een wettelijk forfait. Het wettelijk forfait zorgt voor minder administratieve rompslomp, want u hoeft geen bewijsstukken bij te houden, maar kan vooral interessant zijn als het forfait hoger is dan de werkelijke beroepskosten.
Hoeveel bedraagt het beroepskostenforfait?
Het beroepskostenforfait voor zelfstandige behalers van baten is gelijk aan dit van loontrekkenden, zijnde 30% van de winst met een maximum van 5.750 euro voor aanslagjaar 2025 .
Indien men voor het forfait kiest, kunnen er in principe geen andere kosten meer in aftrek worden gebracht. De winst kan echter wel, voor de forfaitaire aftrek, verminderd worden met de persoonlijke sociale zekerheidsbijdragen, VAPZ-bijdragen en de aankoopprijs van de verkochte handelsgoederen.
Wat als ik inkomsten heb als zelfstandige én als loontrekkende?
Een zelfstandige winstenbehaler die tevens bezoldigingen ontvangt als loontrekkende, kan tweemaal het maximale forfait toepassen. Een loontrekkende heeft immers ook recht op een forfait van 30% op zijn inkomen met een maximum van 5.750 euro.
Voorbeeld
Een belastingplichtige was in 2024 deeltijds werkzaam als loontrekkende en ontving een bezoldiging van 15.000 euro. Daarnaast was hij zelfstandige in bijberoep en behaalde hij een winst van 5.000 euro. Voor beide inkomsten mag hij het maximale forfait toepassen. De bezoldiging als loontrekkende geeft recht op een aftrek van 4.500 euro (15.000 euro x 30%). De winst als zelfstandige geeft recht op een aftrek van 1.500 euro (5.000 euro x 30%). Beide forfaits overschrijden de drempel van 5.750 euro niet en kunnen dus volledig benut worden. De totale aftrekbare beroepskost bedraagt 6.000 euro.
Indien de totale inkomsten van 20.000 euro verkregen zouden zijn uit één beroepsactiviteit, kan het beroepskostenforfait maar één keer in aftrek worden gebracht. De maximale aftrek van 6.000 euro (20.000 euro x 30%) is in dit geval wel beperkt tot 5.750 euro.
Dien ik nu geen bewijsstukken meer bij te houden?
Een voordeel van het beroepskostenforfait is uiteraard dat de werkelijke kosten niet dienen bewezen te worden en het dus in principe niet nodig is om bewijsstukken, zoals bonnetjes en facturen, bij te houden.
Gezien de zelfstandige echter recht heeft op aftrek van het hoogste bedrag , kan het aangewezen zijn om de bewijsstukken toch bij te houden.
Een beroepskostenforfait is namelijk enkel gunstig indien de werkelijke beroepskosten lager zijn dan het forfait. Wie werkelijke beroepskosten bewijst, is niet onderworpen aan het maximum. Het kan dus voordeliger zijn om ervoor te opteren de werkelijke kosten af te trekken. In dat geval dienen de bewijsstukken uiteraard te worden voorgelegd.
DISCLAIMER Dit artikel werd gepubliceerd/voor het laatst gewijzigd op 06/09/2024 en werd opgesteld conform de op dat moment geldende wetgeving, rechtspraak, rechtsleer en interpretaties.Sinds voormelde datum kunnen er zich wijzigingen voordoen waardoor dit artikel verouderde informatie kan bevatten.
DISCLAIMER: Dit artikel werd gepubliceerd/voor het laatst gewijzigd op 06-09-2024 en werd opgesteld conform de op dat moment geldende wetgeving, rechtspraak, rechtsleer en interpretaties. Sinds voormelde datum kunnen er zich wijzigingen voordoen waardoor dit artikel verouderde informatie kan bevatten.
Deel dit artikel
Vond je dit artikel nuttig? Deel het met anderen die er baat bij kunnen hebben.
Heb je een vraag?
Blijf je met vragen zitten na het lezen van dit artikel? Geen probleem! Ons team van experts staat klaar om je te helpen met persoonlijk advies.
Stel je vraag