
Vruchtgebruik heeft een lange traditie. Ook nu nog wordt deze rechtsfiguur vaak gebruikt. Men kan vruchtgebruikconstructies immers gebruiken voor fiscale optimalisatie. U moet echter wel voorzichtig zijn. Niet al deze constructies worden door de fiscus getolereerd. Enig juridisch en fiscaal advies is daarom wel op z’n plaats.
Juridisch advies
Bij vruchtgebruik zijn er 2 partijen: de vruchtgebruiker en de blote (of naakte) eigenaar. Het vruchtgebruik is verbonden met de persoon van de vruchtgebruiker en dooft uit bij zijn overlijden. De blote eigenaar wordt dan opnieuw de volle eigenaar van het goed. Vruchtgebruik is dus steeds tijdelijk en kan maximaal worden afgesloten voor het leven van de vruchtgebruiker.
De vruchtgebruiker heeft het recht om zoals een eigenaar te genieten van een onroerend goed. Hij heeft het genot van een goed waarvan een ander eigenlijk eigenaar is. Dit betekent dat de vruchtgebruiker het goed mag gebruiken en de nijverheidsvruchten, natuurlijke vruchten en de burgerlijke vruchten mag innen. Nijverheidsvruchten worden voortgebracht door werkzaamheden van de mens, natuurlijke vruchten door de aarde en door dieren, zoals oogst, melk, eieren, wol en groenten. Burgerlijke vruchten zijn bijvoorbeeld huurgelden die de vruchtgebruiker mag innen als hij het goed verhuurt.
De vruchtgebruiker moet het goed beheren als een goede huisvader. De blote eigenaar mag de vruchtgebruiker niet belemmeren in zijn genot. Aangezien hij nog steeds eigenaar is, kan hij nog wel beschikken over het goed. Dit betekent dat hij bijvoorbeeld het goed kan verkopen zonder toestemming van de vruchtgebruiker. Opgelet: hij kan enkel de blote eigendom verkopen. De rechten van de vruchtgebruiker moeten dus wel worden gerespecteerd door de koper van de blote eigendom.
Fiscaal advies
Er worden vaak zogenaamde vruchtgebruikconstructies opgezet. Bij een dergelijke constructie koopt een zaakvoerder de blote eigendom van een onroerend goed, terwijl zijn vennootschap het vruchtgebruik aankoopt. De vennootschap staat dus grotendeels in voor de financiering van het vruchtgebruik. Op het einde ervan kan de zaakvoerder de volle eigendom verkrijgen zonder bijkomende kosten. Dit leidt natuurlijk tot misbruik, waarbij de vennootschap voor een korte periode het vruchtgebruik verwerft, waarna bij het einde ervan de zaakvoerder relatief snel de volle eigendom verwerft.
De fiscus probeert zulke constructies op een aantal manieren te bestrijden:
Hoewel het opzetten van een vruchtgebruikconstructie dus nuttig kan zijn, moet u toch voorzichtig zijn. Het is dus aangewezen om degelijk fiscaal advies in te winnen.
Wenst u meer informatie over dit onderwerp of ander fiscaal advies , dan kunt u ons altijd vrijblijvend contacteren.
DISCLAIMER: Dit artikel werd gepubliceerd/voor het laatst gewijzigd op 21-10-2016 en werd opgesteld conform de op dat moment geldende wetgeving, rechtspraak, rechtsleer en interpretaties. Sinds voormelde datum kunnen er zich wijzigingen voordoen waardoor dit artikel verouderde informatie kan bevatten.
Deel dit artikel
Vond je dit artikel nuttig? Deel het met anderen die er baat bij kunnen hebben.
Heb je een vraag?
Blijf je met vragen zitten na het lezen van dit artikel? Geen probleem! Ons team van experts staat klaar om je te helpen met persoonlijk advies.
Stel je vraag